1. Uitgangspunten
Uitgangspunten zijn theoretische aannames en vooronderstellingen die men hanteert om methodisch werken praktisch vorm te geven.
Hoe doe ik dat?
- U beseft dat er in de wetenschappen en daarop gebaseerde disciplines altijd sprake is van doelen en intenties inzake methodisch tewerk gaan. U bestudeert de methodologische belangen
- U weet dat u altijd binnen een bepaalde setting of situatie met specifieke kenmerken te maken heeft. U kent de context
- U beseft dat u altijd binnen of vanuit een sociale omgeving te werk gaat. U maakt deel uit van een bepaalde cultuur
- U weet dat u gebonden bent aan grenzen, u werkt binnen een of meer kaders
- U weet dat u altijd handelt vanuit een bepaalde rol of positie
- U weet dat er ook altijd sprake is van succescriteria
- U realiseert zich dat er altijd sprake is van gelijktijdige en wederzijdse beinvloeding. U gaat uit van wederkerigheid
- U weet dat er altijd sprake is van interactiviteit
- U realiseert zich dat er altijd sprake is van methodologische randvoorwaarden.
Meer weten? Zie Inleiding methodenleer
Nog meer weten? Zie ELO-Denkhulp: Metacompetentie uitgangspunten